W zei van te voren: the camino will provide, en dat gebeurde. Hij vloog naar Bilbao, had tien minuten overstaptijd voor de bus naar Burgos, en daar stond zijn lift al klaar (blablacar).
Ik had al een paar uur niets van hem gehoord, had wel geappt dat ik in de gele herberg zat, maar hij gaf geen sjoege. Ik zat er lekker te schrijven met een prettige Spanjaard aan mijn tafel, dus had geen zorgen. En ik was er ook van overtuigd dat hij voor de deur afgezet zou worden.
De deur ging om 20.20 open en daar stapte W met een hele grote grijns binnen. Zijn chauffeur had hem in het gehucht afgezet en hij had de juiste herberg gekozen om me te zoeken. Hij had mijn appss niet ontvangen.
Feest.
We aten samen en hadden een prachtige oude schuur die dienst deed als slaapplek voor onszelf. W viel in coma en kwam daar niet meer uit. Ook niet toen ik vanmorgen om 6.30 vond dat hij op moest staan. Ik deed het licht aan. Geen beweging. Ik deed nog een licht aan, het grovere werk, de cocon bleef doodstil liggen.
'W, je bent een pelgrim.'
Ook dat maakte geen indruk. Toen ging ik maar fysiek te werk. Hij werd gelukkig vrolijk wakker. Het beviel hem wel. Dat pelgrim zijn.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten