Vanmorgen liet ik, na zo'n twee jaar kop in het zand, de dokter kijken naar een vervaarlijke moedervlek. Hij keek zeer serieus en zei ferm dat die eruit moest en in een potje gezet.
Mijn laatste uur had geslagen.
Maar tijdens het op ruwe wijze wegsnijden van het geheel, waarbij hij eerst een rondje ging zitten poeren om te beoordelen wanneer ik precies dood zou gaan, wist hij het goede nieuws te melden.
Niets aan de hand. Er hoefde niks in een pot.
Bij thuiskomst stelde ik A van dit heugelijke feit op de hoogte. Hij deed niet erg opgelucht. Iedere keer als ik piepte dat het zo'n pijn deed, mijn uitgelepelde arm, zei hij met zijn ogen gewoon nog op zijn boek gericht: 'Als je dat nou eens afzet tegen het feit dat je ook dood had kunnen zijn.'
Ik vind A niet echt goed in doodsangsten.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten