I kwam en leerde me met drie appels jongleren. Daarna dronken we wat. Ik had een fik gemaakt. De kachel barst bijna uit elkaar omdat ik hem te vaak te hoog heb opgestookt, maar het ging nog. We keken uit over mijn tuin die steeds voller en mooier wordt. Toen kreeg I het koud en wilde een deken.
Ik zei niks. Hij zei het zelf.
Toen hij helemaal ingepakt naast me zat, keek hij even opzij en trok zijn wenkbrauw op.
'De Iceman die het koud heeft.'
Ik zei niks. Hij zei het zelf.
Toen hij helemaal ingepakt naast me zat, keek hij even opzij en trok zijn wenkbrauw op.
'De Iceman die het koud heeft.'
Geen opmerkingen:
Een reactie posten