Op het Waterlooplein kocht ik een stapel hippe mutsjes in het kader van de kaalheidcamouflage. Toen ik afrekende vroeg L de man of de mutsjes ook geluk brachten. De verkoper was er zeker van omdat ze uit Peru kwamen.
L zei: 'Mooi, want dat heeft ze nodig.'
De man keek vragend naar mij, ik moest het blijkbaar even bevestigen, wat ik deed, terwijl ik vind dat ik het al heb. Hij knikte stil, pakte een Boeddha, stopte hem in een cadeauzakje en drukte het in mijn hand.
'U bent een schat,' zei ik.
'U ook,' zei hij.
Daar was het weer. En weer meer. Nog meer.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten