29-07-2011

Bijeten, buikslapen of omruilen

'Bent u een buikslaper?' vraagt de vrouw woest.
Ik ga razendsnel mijn draaipatronen na. Rug, zij, buik, zij en eventueel weer eer keer rug, soms nog een keer buik. Niet overtuigend, vermoed ik.
'Eh, nee.'
Dat is duidelijk niet het goede antwoord. 
'Deze matras is voor iemand van boven de 80 kilo.' Ze kijkt me strak aan. Nu moet ik iets zeggen over mijn gewicht.
'Daar zit ik ruim onder,' zeg ik. Maar ook dat is helemaal verkeerd.
'Het is een hele harde matras.'
Ik knik. Daarom heb ik hem uitgekozen.

En dat uitkiezen viel niet mee, zo midden in de winkel liggen en proberen geen aandacht te schenken aan de mensen die sloffend voorbij trekken om de Zo zie je alles-route niet in de war te schoppen. 
Een mooie afscherming met romantische voiles is de tip van het jaar, die ik overigens niet in de ideeënbus heb achtergelaten.

M komt erbij staan en vangt het laatste op.
'Als ik mevrouw begrijp, is het niet de juiste keuze.'
'Dat is het wel,' zeg ik kortaf.
En om mevrouw te jennen: 'En als het niet goed is, kan ik hem binnen 90 dagen zo weer inleveren.'
'U kunt hem niet weer zo inleveren.'
Ik wijs naar de gigantische poster achter haar.
'Het gaat om omruilen,' verfijnt ze.
'Natuurlijk. Dat is prima. Ik heb tenslotte een matras nodig.'
Ze geeft het met een zucht op. Het bestelformulier wordt ingevuld.
Tevreden verlaat ik de winkel. 

Wel heb ik vannacht de hele nacht wakker gelegen op mijn nieuwe matras. 
Zou ze dan toch...?

28-07-2011

Onderluikse schoonmaak


Zo enorm veel bewaarde onzin. Oude verf, rollers, verfbakjes, elastiekjes, glitterstof, planken waar je een strandhuis van kunt bouwen, zeil, stof, knutseldingen, bouwhelm, lampen, honderd meter verlengsnoer, telefoondraad, stekkers, pluggen, gliterbandjes, kleed, enorme stalen pin.
Allemaal bij het vuil.

Vanmiddag snel naar Ikea!

27-07-2011

Synoniem

Bij terugkomst uit Gabon hing mijn boot schever dan ooit, en de vage lucht van gas was een gasbel geworden die ik niet meer kon negeren. Dus kwam M om de zaak te repareren. Maar tussen de reparaties door had hij tijd voor verhalen.
Over een spiegiater die van M wilde weten wat hij van de mensen vond omdat hij tenslotte overal aan huis kwam. M vond niet zoveel van de mensen, behalve de beroemde, daar viel niet mee te dealen.
De spiegiater was echter tot de conclusie gekomen dat de gehele mensheid niet spoorde, waarop M hem op de sofa uitnodigde en zelf achterover ging hangen.  
Daarna werd er even gewerkt en even later werd ik gefeliciteerd met zijn vondst van de gaslek. Tegenover al dat werk moesten wel weer wat verhalen gesteld worden. Over zijn gabbers en het glijhuis.
Het duurde even voordat ik begreep waar hij het over had, maar toen was het verhaal al stevig op gang.

25-07-2011

Verkeersveiligheid

De opdracht aan de jongen van de fietsenmaker was duidelijk: ketting repareren en voorlicht maken.
Hij was er niet toen ik de fiets haalde. Een soort Obelix, met zwaar Engels accent, nam de afhandeling voor zijn rekening.
Er klopte niet veel van. Hij staarde met een zucht naar het formulier.
'Er staat veel te veel geschreven,' zei hij met een hele vette r.
Ik zag het zwart van de gebruikte viltstift.
'Dynamo doet het niet meer. Versleten. Lampje met batterij.'
De jongen en ik hadden het er uitgebreid over gehad, ik wilde geen batterij.
'Nieuwe ketting, maar hoezo zo'n hoog bedrag? Wat heeft hij gedaan?'
De man bleef maar rondjes om mijn fiets lopen. 'Hij is nieuw,' concludeerde hij ten slotte. En hij bedoelde de jongen. Ik knikte begrijpend, maar wilde wel eens weg.
'Nieuwe aandrijvers.'
Toen begon me toch een beetje zorgen te maken over het te betalen bedrag, maar Obelix was al weer met hele andere dingen bezig. Hij ging voor mijn fiets staan.
'And, very important,' mompelde hij en maakte een kruis ter hoogte van  mijn stuur.
'Zegen je nu mijn fiets?'
'Yeh...'
Dat vond ik indrukwekkend. Het onverwacht zachte van zo'n grote, dikke, onder de smeer zittende fietsenmaker. Ik kon weer veilig op weg. Ondanks, of dankzij de hoge rekening.

24-07-2011

Minvoule

Geen stromend water. Wel een laag in het bad, om je te wassen, samen met de dode wormen die erin dreven. Ik liet het aan mijn broek over die onder de enge dingen zat van de tocht in de jungle, waar ik tot mijn dijen door het water had gewaad.  
Naast de stinkende wc een emmer water, oude zeep met resten van de vorige gebruiker. 
Maar wel een welgemeende welkomsmat.

Langs de weg

En dan zou ik naar de AH voor een trosje?

23-07-2011

Amsterdam - Libreville

Hier op straat geen stof. Geen vuilnisbelt in de berm. Ook niet het laagje roodoranje van de te hard rijdende vrachtwagens, die daar opvallend vaak in de greppel eindigen. Op zijn kop of kant. Of bruggen die op instorten staan en bochten die hoe dan ook te krap genomen worden. Waar elke bereikte eindbestemming een verbazing in zich heeft.

Hier water dat uit de lucht komt, maar ook uit de kraan. Warm, met een schone handdoek als dessert. Daar gebruikte zeep en een zwarte krul waar je niet moeilijk over doet; waar geen stromend water is, is geen commentaar.

De mensen die je - ja, ook in de stad - vriendelijk groeten. Gekuch van een luipaard, geschreeuw van gorilla's, het olifantenpad door het oerwoud waar je tot je dijen in het water wegzakt terwijl je niet wilt denken aan wat er allemaal in huist.

De gespierde lijven van mannen die zich wassen in wit schuim bij de rivier, de stemmen van vrouwen, die tegen of meegaan met die van de missionarissen.
En nog altijd, altijd de sorcerers die hun sporen achterlaten.


We reden op de evenaar. En van Noord naar Zuid en ook weer terug. Kregen geen brood omdat de gist die dag toevallig niet gerezen was. We ontmoetten een man die het hart van een hond aan zijn vrouw gaf om haar trouw te houden of te laten zijn, maar haar daarna nooit meer kon verlaten omdat ze dan zou sterven van verdriet.

Wij waren in het zwarte middelpunt, waar we op een matje onder een laken de geluiden van de jungle door het tentzeil lieten komen, terwijl 14 zwarte mannen ons omringden met kaartspel en gegiechel.

En even na middernacht, toen we dachten te slapen, kwamen de Fang en Pygmeeën aan ons bed om te verhalen over kanibalisme en fetisch en witte energie waarvoor de dood het offer was.  

We reden uren over, en op, en door de gaten van de wegen die ons klein kregen, wat we niet wilden toegeven. We werden zwart, of liever oranje van al het stof dat die mensen, of wij, daar waren we niet zeker van, deden opwaaien.

We kwamen aan en gingen weer. Dat hadden we niet moeten doen.

04-07-2011

Tolhuistuin

We gingen naar schrijvers die in de tuin een kort verhaal voorlazen. We zaten op ongemakkelijk houten bankjes te luisteren.
Er tikte iemand op mijn rug die ik zo'n tien jaar niet had gezien. Toch was de rug blijkbaar goed te koppelen aan de rest van mij, want ze brandde meteen los. 
'Je bent gepubliceerd, he?''
Ik beaamde dat vrolijk.
'Eindelijk,' zei ze.

Het moest een belediging zijn, maar ik was het van harte met haar eens. Toen waren we toch wel heel snel uitgepraat.
Jammer eigenlijk, want ik voelde wel wat voor een catfight. Ik heb tenslotte de pittigheid van A.M.G. S...

02-07-2011

Graadmeter

Ik mocht aanschuiven bij B en W.
B fotografeerde de paella die gemaakt werd en zette hem op Facebook. Hij kreeg reacties. Dat is goed. Dan weet je dat je leven er toe doet. Als het angstig stil blijft, moet je onmiddellijk een andere koers gaan varen.
Ik nam me voor ook meer op Facebook te gaan zitten. Een beetje sturing in mijn leven kan geen kwaad.

Van B moesten we plotseling onze jassen aandoen voor een verrassingsuitje.
'De mensen op Facebook weten het al,' meldde hij onderweg.   
'Vinden ze het leuk?' vroeg ik voorzichtig. 
Ik zag zo'n doodstille pagina al voor me, alleen maar door een verkeerd bedachte verrassing. 
'Ja, veel I Like'jes.'
Het goede spoor. Godzijdank. We konden gewoon doorgaan met onze avond.  

Toen we aankwamen bij de oude fabrieksloods waar de vuren hoog oplaaiden, kwamen we M tegen. 
'Hoe was de paella? Hij zag er goed uit!'

Het gaat toch allemaal net even wat sneller dan ik gewend ben. Maar wacht maar. Over een maand hoef ik ook niemand meer iets te vertellen. 

01-07-2011

Goed wakker worden

IJsbeerman

Ik ben nogal onder de indruk van de ijbeerman, ook al is hij 60, half kaal en niet heel erg groot. De ijsbeerman is een wat eigenzinnig type.
Ik bel hem op om te vragen of hij een gesprek met me wil voeren. Een gesprek wil hij niet, want dat kan dagen duren, maar een gericht interview wel. Prima. Maak ik er toch een interview van.

Eenmaal in het café zegt hij: 'You're so lucky that I sit here. I get this request nearly every day.'
Ik blijf stoïcijns, zoals dat hoort met dit soort mannen.
'Why did you say yes then?'
'Because you sounded so cheery.'
Aha! Dit wordt een goed gesprek, nee, interview.
Alles voor de film.

Hij wil zich echter niet laten vastleggen, ik moet bellen en dan zal hij wel zien of hij zin heeft om op te komen draven voor de opnamen.
Het commentaar is niet van de lucht. Hij is arrogant, doet net alsof hij het druk heeft, interessantdoenerij...
Daar kan ik inkomen, en ik ga onmiddellijk twijfelen aan mijn inschattingsvermogen. Ben ik te veel onder de indruk geraakt, zodat ik mijn professionele oog heb verloren? Is hij niet zo boeiend als ik denk? Spelen de hormonen een rol?
En toch, en toch... Hij heeft fantastische verhalen over zijn expedities en ijsbeer encounters. Goed voor de serie.

De ijsbeerman laat zich vangen. Hij komt op zijn fiets. Als de mannen één blik op hem werpen, hoor ik ze tegen elkaar zeggen dat het zo iemand is die je onmiddellijk doet realiseren dat je moet trainen, maar dat je tegelijkertijd beseft dat het niets gaat uithalen.
Ik haal opgelucht adem. Als zelfs de mannen onder de indruk zijn van mijn ijsbeerman, wat zou ik dan moeilijk doen als vrouw...

En ik heb zijn kaartje!